Mythe en werkelijkheid | Reptielenfobie
Een extreme angst voor reptielen wordt herpetofobie genoemd.
Hoewel er meer specifieke fobieën bestaan, komt een onredelijke angst voor slangen,
ophidiofobie, het meest voor. Sommige psychologen, waaronder Sigmund Freud,
beschouwen de angst voor slangen als een universele menselijke aandoening die
vaak kan worden verklaard door het feit dat er goede en praktische redenen zijn
om bang te zijn voor slangen. De mens leeft al duizenden jaren in de buurt van
gifslangen, volgens deze psychologen is het dan ook niet raar dat ze met vijandigheid
en angst worden bejegend.
Of deze redenering al dan niet opgaat, veel mensen zijn zó bang voor slangen dat
ze niet door hoog gras of op andere plekken waar slangen zich kunnen verbergen
durven te lopen. Zelfs in streken waar helemaal geen slangen voorkomen. Ze kunnen
niet naar foto's of films van slangen kijken zonder in paniek te raken.
Volgens sommige sociologen worden deze reacties veroorzaakt door jarenlang te
horen dat slangen gevaarlijk of duivels zijn. Dit wordt nog eens versterkt door
de manier waarop slangen worden neergezet op tv en in films. Dit verklaart echter
niet waarom sommige patiënten er zo heftig op reageren.
De behandeling van slangen- en andere reptielenfobieën gebeurt volgens dezelfde
methoden als voor andere onredelijke angsten zoals vliegangst of angst voor spinnen.
Hypnose, gedragstherapie en medicatie zijn allemaal met succes toegepast.
Veel dierentuinen bieden cursussen aan voor mensen die bang zijn voor slangen,
waarbij de waarheid over slangen uit de doeken wordt gedaan en waarbij je van
dichtbij kennismaakt met slangen.
|